woensdag 30 maart 2016

Leesverslag Opgejaagd

Inleiding

Waarom heb ik voor Opgejaagd gekozen:
Ik vond ten eerste de kaft heel erg mooi en die viel dus
meteen op.
Toen ik de achterzijde van het boek las, las ik dat het een boek is over de Tweede Wereldoorlog.
Ik vind boeken over de oorlog altijd erg mooi om te lezen en ik heb
daar ook altijd veel plezier in.
Ook vind ik Lydia Rood een goede schrijfster, ik heb al eerder een boek van haar gelezen en dat boek vond ik ook erg goed. Opgejaagd is deel van het project 'Vergeten oorlog.' Dit zijn allemaal boeken over de oorlog, dit is het tweede boek dat ik van dat project lees.
In mijn leesverslag over Opgejaagd komen de volgende onderwerpen aan bod:
  • De zakelijke gegevens van het boek
  • De hoofdpersonen
  • De samenvatting
  • Mijn mening
  • Korte verwerkingsopdracht 7
  • Lange verwerkingsopdracht 1
  • Bronvermelding

Zakelijke gegevens 

Titel: Opgejaagd
Auteur: Lydia Rood
(Lydia Rood werd geboren op 23 mei 1957 in Velp, Lydia schrijft boeken voor kinderen en jongeren van alle leeftijden maar ook voor volwassenen)
Aantal bladzijden: 170
Uitgeverij: Leopold
Vestiging uitgeverij: Amsterdam
Jaar van uitgave: 2010, derde druk


De hoofdpersonen

Maira: In 1944 is Maira 12 jaar oud, ze is behulpzaam en als ze moet ontsnappen zet ze door.
Django: In 1944 is Django 39 jaar oud, hij is de vader van Maira en toen ze nog in de woonwagen leefden was hij de leider en hij werkt heel hard.
Bloema: In 1944 is Bloema 37 jaar oud, ze is de moeder van Maira en zij is ook een doorzetter.

De samenvatting



In Opgejaagd vertelt Lydia Rood het verhaal van Maira Meinhardt, een Sinti (zigeuner)–meisje dat samen met haar familie, hun woonwagen en hun paardje rondtrekt.



Wanneer de Tweede Wereldoorlog uitbreekt en de Duitsers ook Nederland binnenvallen is Maira acht jaar. Het leven wordt steeds moeilijker voor Maira, haar familie en de andere Sinti en Roma. Ze worden namelijk net als de Joden door de nazi´s vervolgd. Op een gegeven moment mogen ze niet meer trekken en worden ze gedwongen in een huis te gaan wonen. Na een tijdje is iedereen gewend aan het leven in een huis. Plotseling wordt er op de deur geklopt, politie. Maira’s vader Django en haar broer moeten naar een werkkamp. Dit willen ze niet en ze vluchten via het dak. Even later worden Maira, haar moeder en haar andere broertjes en zusjes meegenomen. Helaas wordt haar broer gezien en hij wordt doodgeschoten. De rest wordt naar Kamp Westerbork gebracht. Bij het inschrijven van de namen noemt haar moeder de namen op die meegaan. Door toeval en een uiterst snelle en moedige beslissing van Maira’s moeder komt Maira niet op de lijst te staan van mensen die met de trein mee naar Auschwitz moeten. Ze ontmoet een ander meisje genaamd Settela, hier raakt ze mee bevriend. Een paar dagen later komt de trein die richting Auschwitz zal vertrekken. Alle namen worden opgenoemd, maar Maira zit er niet bij. Net als ze naar haar moeder toe wil gaan, wordt ze tegengehouden door een gevangene van de Duitsers die op het kamp werkt. Hij zegt dat ze zich moet verstoppen in de wc. Hier blijft ze tot het donker is en daarna ontsnapt ze met behulp van haar moeders tangen. Haar moeder had haar verteld dat ze haar vader moet gaan zoeken en dat doet ze. Ze loopt een tijd lang rond en op een gegeven moment komt ze bij een aardige boer waar ze mag blijven slapen. Ze moet na een tijdje weer weg en zo gaat ze van plek naar plek. Op een gegeven moment komt ze bij een dorpje aan waar haar vader is geweest. Die is op dat moment al weer vertrokken en niemand weet waarheen. Maira wordt naar een schuilhol ergens in een bos op de Veluwe gebracht. Hier verschuilt zij zich een jaar lang. Na dat jaar is Nederland van de Duitsers bevrijd en Maira gaat naar haar Oma. Elke nacht zet ze de deur op een kier voor haar familie, maar die komt nooit meer opdagen. Haar oma vertelt haar dat ze allemaal zijn gestorven in kamp Auschwitz. Langzaamaan begint ze het te geloven en gaat ze verder met haar leven.



Maira en haar oma zijn de enige personen van de familie die de oorlog hebben overleefd. 

Mijn mening


Laat me meeleven:

Dit boek laat me meeleven, ik voel me hetzelfde als Maira, soms had ik ook tranen in mijn ogen als er een ontroerend stukje was. Vooral op het stukje dat Maira moest ontsnappen leefde ik heel erg mee. Ik voelde de spanning, haar angst en de druk. Ik vind het heel knap als schrijvers zo kunnen schrijven, dit maakt de boeken pas echt goed. Aan boeken waar ik me niet in kan leven, vind ik helemaal niets. Je leest dan de tekst, maar daar blijft het dan bij.
(90 woorden)

Spannend:
Ik vond het boek best spannend op bepaalde momenten. Bijvoorbeeld het moment waarop de politie bij Maira en haar familie op de deur bonst. In dit stukje gebeurde er heel veel en waren er spannende momenten. 
Ook het moment waarop Maira uit de wc moet gaan en moet vluchten. Ze moet er namelijk voor zorgen dat niemand haar ziet of hoort. Dit lukt uiteindelijk met een beetje geluk wel, maar het was best spannend. 
(75 woorden)

Origineel:
Ik heb wel vaker boeken gelezen en gezien die over oorlog gaan. De avonturen en belevenissen van een kind in die tijd zijn niet meer zo origineel. Maar dit boek wel, dit boek gaat ook over een kind in de oorlog, maar dit boek is niet zo standaard als de rest. In dit verhaal gaat het over een zigeuner meisje, over dit onderwerp is nog helemaal niet veel geschreven. Ik vind het goed dat hier ook aandacht aan besteed is door Lydia Rood.  
(84 woorden)

In totaal bevat mijn mening 264 woorden. 

Het opvallendste fragment:




Ik vond dit het opvallendste fragment, want dit is het punt waarop Maira's grote avontuur begint. Nadat ze uit de wc is ontsnapt, moet ze nog uit het kamp ontsnappen en zorgen dat ze overleeft in de bossen. Ze moet ook nog zorgen dat ze niet gezien wordt en ze moet haar vader vinden. Alles bij elkaar is het een lange weg, maar omdat ze veel van planten weet heeft ze genoeg voedsel en de Sinti hebben ook speciale tekens zodat je weet waar een aardige boer woont. Door dit alles lukt het haar om haar oma te vinden, maar helaas vindt ze haar vader niet.
(116 woorden) 


 

 

 

 

 

 

Verwerkingsopdrachten

Korte verwerkingsopdracht 7: ontwerp een advertentiecampagne:
 





















Lange verwerkingsopdracht 1: toets maken:

Naam:
Klas:
Datum:

Opdracht 1

Omcirkel het goede antwoord

1: Falko overleeft de oorlog.
-waar
-niet waar

2: Maira heeft haar vader niet gevonden.
-waar
-niet waar

3: Maira's oom Tsjavolo maakte zich altijd zorgen.
-waar
-niet waar

4: Maira hield van paardenworst.
-waar
-niet waar

5: Het lievelingsnichtje van Maira was Foeksa.
-waar 
-niet waar


Opdracht 2


Omcirkel het goede antwoord, er is er telkens maar 1 goed

1: Hoe heette het paard van Maira's familie?
A Raklo
B Patsja
C Mami
D Kersja

2: Lisa zegt dat de moeder van Maira de oorlog heeft overleefd.
Emiel zegt dat Manito, de broer van Maira, de oorlog heeft overleefd.
Wie heeft/hebben er gelijk?
A Lisa heeft gelijk
B Emiel heeft gelijk
C Ze hebben beide gelijk
D Ze hebben beide ongelijk

3: Wat kon de grootmoeder van Maira, Dotsji, goed?
A Zingen
B Vertellen
C Hardlopen
D Dansen

4: Wie was Moezla?
A Maira's nichtje
B Maira's zusje
C Maira's broer
D Maira's hond

5: Hoeveel personen waren er zonder Maira in het schuilhol?
A 6
B 7
C 5
D 3


Opdracht 3

Beantwoord de volgende vragen in goed gespeld Nederlands

1: Wat deed Maira toen ze de barak uit wilde, maar niet met een kaal hoofd wilde gaan?

2: Wat voor schoenen had Maira?

3: Wat deed Raklo?

4: Waarom gaat de familie van Maira in een huis wonen?

5: Hoe kan het dat Maira niet op de lijst staat?

6: Wie is gekke/rare David?

7: Hoe kwam de moeder van Maira aan de kost?

8: Wie van Maira's familie heeft de oorlog overleefd?

9: Deden de buren van Maira's familie in het huis aardig of onaardig?

10: Wat was het lied van haar moeder voor Maira?


Antwoorden:
Opdracht 1
1 niet waar
2 waar
3 niet waar
4 niet waar
5 waar

Opdracht 2
1 A
2 D
3 B
4 A
5 C

Opdracht 3
1 Ze vroeg haar moeder om stof en maakte een hoofddoekje
2 Sandalen
3 Hij trok de woonwagen voort
4 De Duitsers joegen ook op de Sinti
5 Haar moeder had haar niet ingeschreven
6 Iemand uit Nederland die onder dwang voor de Duitsers werkte
7 Ze maakte kunstbloemen
8 Maira en haar oma Dotsji
9 Aardig
10 Een opdracht


De bronvermelding

Ik heb voor mijn leesverslag het boek Opgejaagd van Lydia Rood gebruikt.

Tot slot
Wibautstraat 133
1097 DN Amsterdam
Wibautstraat 133
1097 DN Amsterdam

Opgejaagd is een supergoed en prachtig boek over een erg vergeten onderwerp: de vervolging van Sinti (en Roma). Ik raad het zeker aan om te lezen.




zondag 25 oktober 2015

Leesverslag: Gevangenis met een open deur

De inleiding
Ik heb voor Gevangenis met een open deur gekozen omdat de titel mij erg aansprak. Ook heb ik hiervoor gekozen omdat Jan Terlouw dit boek geschreven heeft. En ik vind boeken van Jan Terlouw erg leuk. Ik heb mijn vorige boekverslag namelijk ook over een boek van Jan Terlouw gedaan. Toen ik de achterkant van het boek had gelezen wilde ik heel graag weten hoe dit afliep.
In mijn leesverslag ga ik het hebben over de zakelijke gegevens van het boek, de samenvatting, mijn mening, de verwerkingsopdrachten en de bronvermelding. Ik heb gekozen voor de korte verwerkingsopdracht 6 en de lange verwerkingsopdracht 13.

De zakelijke gegevens
Titel: Gevangenis met een open deur
Auteur: Jan Terlouw
Aantal bladzijden: 173
Uitgeverij: Lemniscaat b.v.
Vestiging: Rotterdam
Jaar van uitgave: 2005
Druk: 12e druk


De hoofdpersonen
-Aart Keizer: Een gepensioneerde ex-commissaris die de zaak van The Living Souls op wilde lossen. Hiervoor liet hij drie kinderen infiltreren.
-Valentijn de Boer: Een van de drie kinderen die Aart Keizer liet infiltreren bij The Living Souls. Hij en de andere twee moesten uitvinden of de sekte misdadige dingen deed.
-Paul van Ravenswaai: Ook een van de drie kinderen die Aart Keizer liet infiltreren bij The Living Souls.
-Josje van Duivenbode: De kleindochter van Aart Keizer, ook één van de drie kinderen die Aart Keizer liet infiltreren bij The Living Souls.
-Willem de Vries: De leider van The Living Souls, hij werd ook wel The Bright of de Voorziener genoemd.


De samenvatting

Aart Keizer wil op één of andere manier bewijzen dat de sekte The Living Souls misdadig is, omdat hij denkt dat mede dankzij hem een dochter van vrienden in deze sekte is opgenomen.


Daarom heeft hij besloten om Valentijn de Boer, Paul van Ravenswaai en Josje van Duivenbode te laten infiltreren in The Living Souls.
Zij stemden allen in met het plan en enkele dagen later hingen zij rond bij het gebouw van The Living Souls, hopend dat een lid naar hen toe zou komen die hen dan mee naar binnen zou nemen. Dit lukte en eenmaal binnen luisterde men geduldig naar elkaars problemen. Ook werd er verteld over de wasbeurt, die de volgende week zou plaatsvinden. Die wasbeurt hield in dat je in moest zien dat je een dode ziel bent.
Dus die woensdag daarna begon men met de wasbeurt. Deze zou drie dagen duren. Alle drie kwamen ze hier doorheen en alles leek goed te gaan. Maar Willem de Vries, de leider van The Living Souls, wist inmiddels al dat Josje de kleindochter van Aart Keizer was. Hij liet haar wel naar de sekte komen, want hij wilde van haar een echte Living Soul maken.
Alles ging goed totdat Valentijn uit de sekte werd gegooid, maar hij probeerde via een lid, Céline, informatie te verzamelen. Hij zei dat hij een brief had gehad van The Bright waarin stond dat hij eigenlijk nog wel lid was en dat hij een bijzondere missie had.
Met Paul en Josje ging het wel goed. Zij mochten zelfs in het gebouw van The Living Souls komen wonen, maar toen Aart Keizer al een paar dagen niets meer van het tweetal had gehoord werd hij ongerust, daarom besloot hij Leo op onderzoek uit te laten gaan. Leo kwam via een dakgoot in het kamertje van Josje. Zij vertelde hem dat met haar alles goed ging, maar Paul een echte Living Soul was geworden. Op de gang had een van de Lofties (de vier mensen die recht onder The Bright stonden) hen horen praten. Snel verzon Leo dat hij Josjes geliefde was en ze geloofde hem.
De volgende dag kwam Leo weer. Hij ging toen samen met Josje op onderzoek uit in de kamer van de Voorziener. Ze vonden een kluis, maar deze was beveiligd met een combinatieslot. Toen Josje weer terug was op haar kamer begon zij codes te verzinnen die mogelijk zouden kunnen. Zij ging toen weer naar de kamer van de Voorziener en probeerde deze codes, maar ze pasten geen allen. Ze probeerde er achter te komen op welke dag The Bright door Dia (God), was geroepen om The Living Souls te stichten. Keizer ging met dit blaadje naar Valentijn en die zou dit dan vragen aan Céline.
Die avond vroeg Céline op de bijeenkomst, waar Josje ook stiekem aanwezig was, op welke dag hij geroepen was om The Living Souls te stichten. Zijn antwoord was op 11 oktober 1976. Josje glipte weg en ging naar de kamer van de Voorziener, waar zij de code 111076 intikte. Ze hoorde wat klikken en kon de deur zo opentrekken. In de kluis stonden 5 schoenendozen en nog een kistje, die allemaal vol zaten met oude munten.
Opeens hoorde ze iemand aankomen. Ze probeerde zich nog te verstoppen, maar dit lukte niet. Ze verzon een smoes, maar die geloofde de Lofty niet. Josje werd naar haar kamer gestuurd en de deur werd op slot gedraaid. De Voorziener werd er zelf bij geroepen, maar omdat men dacht dat ze toch niets had ontdekt, mocht ze blijven.
Bij de volgende bijeenkomst had Valentijn weer een vraag, die Céline aan de Voorziener zou stellen. Dit was wat hij van geld vond. Wat zij niet wist was dat Leo en Valentijn via de dakgoot naar binnen waren geglipt en dat ze nu in de kamer van de Voorziener zaten.
Toen Céline haar vraag stelde, gaf hij uitvoerig antwoord hoe slecht geld wel niet was. Tijdens zijn antwoord gooiden Leo en Valentijn zijn munten naar beneden. Hij raapte de munten op. Als rede gaf hij dat Dia hem dit geld gaf. Toen hij zag dat dit zijn eigen munten waren liep hij weg en ging Valentijn naar beneden en zei dat Willem de Vries een bedrieger was en dat hij helemaal niet door Dia was gezonden. Hij zei ook dat de sekte niet zou hoeven verdwijnen, maar dat het zou moeten veranderen in een soort vereniging. Willem de Vries vertrok naar Wales. Paul zag in dat hij fout was geweest en zo kwam alles weer goed.
 

Mijn mening

Maakt me nieuwsgierig: Het boek maakte me nieuwsgierig omdat je heel graag wilt weten hoe het afloopt en wat er gaat gebeuren. Bijvoorbeeld toen Josje opgesloten werd in haar kamer en ze moest wachten op de Voorziener. Dan wil je heel graag weten wat hij gaat doen en zeggen. En ook toen ze halverwege de wasbeurt waren. Ik was heel benieuwd of ze werden betrapt en of ze het tot het einde vol gingen houden. Of dat ze net zoals de rest stopten met denken en alleen luisterden naar wat de Voorziener zei.

(93)
 


Realistisch: Ik vond het boek erg realistisch. Jan Terlouw schrijft alles zo echt en gedetailleerd dat je het helemaal voor je ziet. En dan pas vind ik het een goed boek. In het stukje over de wasbeurt bijvoorbeeld zag ik alles helemaal voor me. De groep, de mensen op het podium en de ruimte. Ik voelde me ook hoe Josje zich op dat moment voelde. Zo was het ook bij het stukje over Leo toen hij over de dakgoot liep. Ook zou dit zomaar eens kunnen ontstaan, zo een sekte. Maar ik denk dat het er dan wel anders aan toe gaat.
(102)



Verrassend: Ik vond het boek een verrassend einde hebben. Het liep ermee af dat Willem vertrok en de drie hem ontmaskerd hadden, maar ik had heel iets anders verwacht. Ik had namelijk verwacht dat ze geen aanwijzingen konden vinden over misdadige dingen. En dat Josje uiteindelijk maar wegging en Paul voor altijd bij de sekte bleef. Ik vond het wel fijn dat er een verrassend einde was. Want anders was het zo voorspelbaar en saai. Ook dit vind ik een goede eigenschap van de boeken van Jan Terlouw. Schrijvers moeten naar mijn mening verwachtingen geven over de afloop en dan toch een ander einde geven.
(105)


Woorden: 300/300

Het opvallendste fragment: Ik vond het opvallendste fragment het stukje waar Leo via Lucie over de goot naar Josje liep. En hij daar betrapt werd. Ik vond het heel opvallend omdat Willem en zijn Lofties hem gewoon lieten gaan met zijn smoes. En de tweede keer deed hij dat om samen met Josje in te breken in de kamer van de Voorziener. Ik vond deze stukjes ook wel een klein beetje spannend omdat ik de hele tijd dacht dat ze betrapt zouden worden, maar gelukkig werden ze dat niet en konden ze rustig hun gang gaan.

















De verwerkingsopdrachten
Korte verwerkingsopdracht 6: Als ik de schrijver was had ik met het meeste plezier gewerkt aan het einde denk ik. Omdat het einde eigenlijk best wel grappig is. Het lijkt me ook wel dat je met veel plezier zoiets bedenkt. Het einde zal ook met plezier te maken zijn omdat je dan alles kan veranderen bijvoorbeeld. Je kan het dan verrassend maken voor de lezer. Daarom denk ik dat het leuk is om aan zoiets te werken.





Lange verwerkingsopdracht 13:
Zakelijke brief aan de hoofdpersoon.


Beste meneer Keizer,

Ik vind dat u goed bezig was met uw onderzoek naar The Living Souls, maar ik heb wel een paar opmerkingen.
Als eerste vind ik dat u niet zo op Paul in had moeten werken. Zoals u waarschijnlijk wel weet uit uw onderzoek, kan Paul er niet tegen als iemand hem dwingt iets te doen of te denken. U dwong Paul in zekere zin te denken dat The Living Souls erg slecht waren terwijl dat niet eens zeker is. Dit is waarschijnlijk ook de reden dat hij bij The Living Souls ging. 
Verder vind ik het ook niet zo verstandig van u dat u de kinderen niet eerst getest heeft. U wist wel van hun verleden maar dat hoeft niks te betekenen. 
Ik vind het wel handig van u dat u Leo bij Josje langs liet gaan om te checken of alles goed was. 
Sowieso vind ik dat u goed zat bij Leo, want hij is heel handig in eigenlijk alles. 

Op deze dingen na vind ik dat u uw onderzoek goed heeft gedaan en Willem de Vries hebt ontmaskerd.

Met vriendelijke groet,
Nikki Valen

De bronvermelding
Voor mijn leesverslag heb ik het boek Gevangenis met een open deur gebruikt.
Voor de samenvatting heb ik http://www.scholieren.com/boekverslag/44661 gebruikt.
Ik heb hem wel een beetje aangepast.